Zo’n 88 % van de medewerkers in de kinderopvang geeft aan dat ze de werkdruk te hoog te vinden. Als één van de belangrijkste oorzaken wordt door 23 % van de respondenten de Beroepskracht Kindratio (BKR) aangewezen. Hetzelfde percentage van de respondenten geeft aan dat het personeelstekort (extra taken, moeilijk vakantie op te nemen) ook een van oorzaken van de werkdruk is.
Het kindratio geeft aan wat het maximale aantal kinderen is dat per medewerker kan worden opgevangen, of hoeveel medewerkers nodig zijn in verhouding tot het aantal kinderen. Er is een kindratio voor het kinderdagverblijf en voor de buitenschoolse opvang.
Het aanpassen van het kindratio zou dus voor een oplossing kunnen zijn om de werkdruk te verlagen. Maar aanpassing van het BKR heeft grote gevolgen!
Wat zijn dan de gevolgen?
Neem de uurtarieven, deze zijn gebaseerd op een verhouding van de medewerkers ten opzichte van het aantal kinderen. Als die verhouding wordt aangepast (verminderd) zal een kleinere groep kinderen de kosten moeten dragen, de kosten veranderen immers niet. De uurtarieven zullen dan moeten stijgen.
Bij vermindering van de BKR zijn er ook meer medewerkers nodig om hetzelfde aantal kinderen op te vangen. Als je nu 100 kinderen kan opvangen met 10 medewerkers, heb je 13 medewerkers nodig als je de BKR aanpast naar 1 op 8. Het aantal openstaande vacatures zal dan dus ook stijgen.
De groepsruimtes en locaties zijn vaak ingericht op een bepaalde groepsgrootte. Aanpassing van het kindratio kan ook hier gevolgen hebben voor de indeling van locatie.
Bij een verlaging van de BKR zullen er minder kinder opgevangen kunnen worden en zullen de wachtlijsten verder stijgen.
2- en 3 jarigen
Momenteel is de BKR voor 2- en 3 jarigen 1 medewerker op maximaal 8 kinderen. Zo’n 13,81 % van de respondenten is van mening dat dit de meeste ideale kindratio is. Zo’n 57,83 % ziet liever een beroepskracht kind ratio van 1 medewerker op 6 kinderen, 24,31 % opteert voor 7 kinderen per pedagogisch medewerker. En 4,05 % is juist voor verruiming van de BKR.
Uitvoering van de wens van de grootste groep respondenten zou betekenen dat de uurtarieven globaal met 33,33 % moeten stijgen naar € 13,67 per uur (in plaats van € 10,25).
Uitvoering van deze wens zou betekenen dat de uurtarieven globaal met 33,33 % moeten stijgen naar € 13,67 per uur. Ook het aantal benodigde medewerkers stijgt met hetzelfde percentage, het personeelstekort zou dus nog fors stijgen.
| Gewenste BKR 2-3 jairgen | 6 | 7 | 8 | 9 | 10 |
| Stemmen absoluut | 314 | 132 | 75 | 10 | 12 |
| Stemmen relatief | 57,83% | 24,31% | 13,81% | 1,84% | 2,21% |
| Benodigd uurtarief | € 13,67 | € 11,71 | € 10,25 | € 9,11 | € 8,20 |
| Stijging | 33,33% | 14,29% | 0,00% | -11,11% | -20,00% |
4 tot en met 6 jarigen
Momenteel is de BKR voor 4 tot en met 6 jarigen 1 medewerker op maximaal 10 kinderen. Zo’n 33,63 % van de respondenten is van mening dat dit ook de meeste ideale kindratio is. Zo’n 41,37 % ziet liever een beroepskracht kind ratio van 1 medewerker op 8 kinderen, 13,69 % opteert voor 9 kinderen per pedagogisch medewerker. Een 11,3 % is zelfs van mening dat meer kinderen mogelijk moet zijn.
Uitgaande van een gewogen gemiddelde bij de wensen van de respondenten zou de BKR 1 medewerker op 9,2 kinderen bedragen.
Uitvoering van de wens van de grootste groep respondenten zou betekenen dat de uurtarieven globaal met 25 % moeten stijgen naar € 11,40 per uur (in plaats van € 9,12). Ook het aantal benodigde medewerkers stijgt met hetzelfde percentage, het personeelstekort zou dus nog eveneens fors stijgen.
| Gewenste BKR 4-6 jarigen | 8 | 9 | 10 | 11 | 12 |
| Stemmen absoluut | 139 | 46 | 113 | 19 | 19 |
| Stemmen relatief | 41,37% | 13,69% | 33,63% | 5,65% | 5,65% |
| Benodigd uurtarief | € 11,40 | € 10,13 | € 9,12 | € 8,29 | € 7,60 |
| Stijging | 25,00% | 11,11% | 0,00% | -9,09% | -16,67% |
7 jarigen en ouder
Momenteel is de BKR voor 7 jarigen en ouder 1 medewerker op maximaal 12 kinderen. Zo’n 23,79 % van de respondenten is van mening dat dit de meeste ideale kindratio is. Zo’n 52,04 % ziet liever een beroepskracht kind ratio van 1 medewerker op 10 kinderen, 14,13 % opteert voor 11 kinderen per pedagogisch medewerker. Een 10,3 % is zelfs van mening dat meer kinderen mogelijk moet zijn.
Uitgaande van een gewogen gemiddelde bij de wensen van de respondenten zou de BKR 1 medewerker op 11 kinderen bedragen.
Uitvoering van deze wens zou betekenen dat de uurtarieven globaal met 20 % moeten stijgen naar € 10,94 per uur (in plaats van € 9,12). Ook het aantal benodigde medewerkers stijgt met hetzelfde percentage, het personeelstekort zou dus nog eveneens fors stijgen.
| Gewenste BKR 7- jarigen + | 10 | 11 | 12 | 13 | 14 |
| Stemmen absoluut | 140 | 38 | 64 | 7 | 20 |
| Stemmen relatief | 52,04% | 14,13% | 23,79% | 2,60% | 7,43% |
| Benodigd uurtarief | € 10,94 | € 9,95 | € 9,12 | € 8,42 | € 7,82 |
| Stijging | 20,00% | 9,09% | 0,00% | -7,69% | -14,29% |
Aanpassing BRK realistisch?
De aanpassing van de BKR kan niet zonder verregaande aanpassingen van o.a. de uurtarieven en daarbij ook de uurtarieven van de kinderopvangtoeslag. Medewerking van de Rijksoverheid in deze is dus absoluut noodzakelijk. Alhoewel het mogelijk de werkdruk van de individuele werknemer deels zou kunnen verbeteren, zou het personeelstekort verder vergroot worden. Het was dan ook niet verwonderlijk dat de eis van vakbond FNV bij de cao onderhandelingen voor de cao 2023-2024 voor kleinere groepen (en dus om de BKR aan te passen) niet snel gehonoreerd werd.
Berekeningen
Bij het berekenen van uurtarieven spelen meerdere zaken mee, zoals ook bezettingspercentages op locaties. De berekeningen op deze pagina geven een simpele indicatie van de gevolgen. Deze zijn gebaseerd op de peilingen zoals deze op 8 december 2023 bekend waren.
De gegegevens in dit artikel zijn voor het laatst bijgewerkt en gecontroleerd op 10 december 2023
