Roken bij de kinderopvang

Het roken op kinderopvanglocaties is niet toegestaan. De Nederlandse wet- en regelgeving streeft ernaar een gezonde en veilige omgeving te waarborgen voor kinderen.

• Rookverbod binnen: Op kinderopvanglocaties is het verboden om binnen te roken. Dit geldt niet alleen voor de medewerkers, maar ook voor ouders en andere volwassenen die de locatie betreden.
• Rookverbod buiten: Sommige kinderopvanglocaties hanteren ook een rookverbod op het buitenterrein, met name op plaatsen waar kinderen spelen. Dit kan variëren per kinderopvangorganisatie en in hoeverre de organisatie zeggenschap heeft over het buitenterrein.
• Rookbeleid van de kinderopvangorganisatie: Kinderopvangorganisaties hebben vaak een specifiek rookbeleid. Dit beleid kan onder meer regels bevatten met betrekking tot roken tijdens werktijd voor medewerkers, de aanwezigheid van rookfaciliteiten en de communicatie naar ouders over het rookbeleid. Regels kunnen bijvoorbeeld zijn : Dat de werknemer zich volledig moet omkleden als hij/zij in de pauze gaat roken, inclusief schoenen en jas. Dat de werknemer een geschikt hoofddeksel draagt dat het haar van de werknemer volledig beschermd tegen derdehands rook. Dat de werknemer het terrein van de werkgever moet verlaten en alleen uit het zicht van de kinderen mag roken. Dat de werknemer ná het roken zijn/haar handen en gezicht moet wassen
• Rookvrije Generatie: In Nederland is er een maatschappelijk initiatief genaamd de “Rookvrije Generatie” dat streeft naar een samenleving waarin kinderen rookvrij kunnen opgroeien. Kinderopvanglocaties worden aangemoedigd om deel te nemen aan dit initiatief en een rookvrije omgeving te creëren. Meer informatie op hun website.

Derdehands rook

Derdehands rook verwijst naar de overgebleven rooksporen die zich nestelen in haren, kleding, op de huid, in tapijten, gordijnen, en op muren en meubels. Kort gezegd, het betreft de geur die je waarneemt nadat iemand heeft gerookt of zich in een rokerige omgeving heeft bevonden. Je kunt het ook identificeren aan de gele aanslag op bijvoorbeeld muren of ramen in huizen waar binnen wordt gerookt.

Terwijl zelf roken wordt aangeduid als eerstehands rook en passief meedoen aan andermans rook als tweedehands rook, brengt derdehands rook eveneens gezondheidsrisico’s met zich mee. Deze rooksporen bevatten schadelijke stoffen, waaronder nicotine en kankerverwekkende substanties, die opnieuw in contact kunnen komen met kinderen. Dit kan gebeuren door inademing van de lucht waarin deze stoffen zweven, maar ook door direct fysiek contact.

Aangezien jonge kinderen doorgaans op de grond kruipen en spelen, dingen aanraken en vaak hun handen in hun mond stoppen, is de kans groot dat ze in aanraking komen met derdehands rook, zelfs als iemand binnenshuis of zelfs buiten heeft gerookt.

Meer informatie op de Infographic over derdehands rook.

Stappenplan Rookvrije Kinderopvang

Met het Stappenplan Rookvrije Kinderopvang kan gewerkt worden aan een kinderopvang die geheel rookvrij is. Het stappenplan is gemaakt door de Rookvrije Generatie (bestaande uit de Hartstichting, KWF Kanker Bestrijding en het Longfonds), de Brancheorganisatie Kinderopvang, de Branchevereniging Maatschappelijke Kinderopvang en BOinK. 

Stoppen met roken

Het kan zijn dat medewerkers assistentie nodig hebben om te stoppen met roken. Door dergelijke ondersteuning aan te bieden, toon je niet alleen een streven naar een rookvrije omgeving, maar ook naar het ondersteunen van medewerkers bij het stoppen met roken. De stoppen-met-rokenprogramma’s worden vergoed vanuit de basisverzekering. Dit is begeleiding waarvan is aangetoond dat deze effectief is en die is ingekocht door de desbetreffende zorgverzekeraar. Meer informatie over stoppen met roken is te vinden op www.ikstopnu.nl en www.stoptober.nl.